Sebastiaan ten Bruggencate is 25 jaar en doet de verkoopondersteuning bij Vissinga Bedrijfswagens in Arnhem
“Al zeven jaar werk ik bij dit bedrijf. Ik begon als achttienjarige puber bij de wasstraat, ging vervolgens auto’s poetsen en inmiddels doe ik van alles. Denk aan het monteren van kentekenplaten, auto’s klaar maken voor de aflevering en het onderhouden van klantencontact. Daarnaast ben ik in de leer om de techniek in te gaan, zodat ik ook modificaties aan auto’s kan doen – van andere wielen, het monteren van een sidebar tot aan een vast stroompunt voor een koffiezetapparaat. Het hangt natuurlijk maar net af van de wens die een klant heeft.
Overigens heb ik tussendoor nog een uitstapje naar een ander bedrijf gemaakt, kort na mijn studie. Daar zat ik aan de commerciële kant en verkocht ik auto’s. Heel leerzaam, maar ik merkte dat mijn hart er niet sneller van ging kloppen. Ik was dus als een kind zo blij toen ik mijn huidige functie bij Vissinga kreeg. Het team is geweldig, de klanten zijn fijn, het werk fantastisch. Sowieso ben ik een autoliefhebber. Ik vind het heerlijk om aan auto’s te werken, ook in mijn vrije tijd. Je kunt dus wel stellen dat ik van mijn hobby mijn werk heb gemaakt.
Het mooie aan dit vak is de betrokkenheid die je hebt, van begin tot eind. Een klant komt naar mij toe met een specifieke wens, we kijken samen naar de mogelijkheden en vervolgens ben ik degene die het daadwerkelijk gaat maken. Is het eenmaal af, dan ben ik ontzettend blij – dat heb ik maar mooi gefikst. Het geeft me natuurlijk helemaal voldoening als de klant óók tevreden is. Dat voelt als een overwinning en eerlijk, het streelt je ego.
Soms kost een aanpassing aan een auto iets meer moeite. Dan wil een klant bijvoorbeeld een trekhaak, terwijl de auto die optie niet heeft. Die verstevigingen kun je dan gewoon niet aanbrengen. Daarbij loop je het risico dat een auto met een bepaalde aanpassing niet meer onder de garantie valt. Dan moet je eerlijk zijn en op zoek naar een andere oplossing. Gelukkig lukt dat altijd en gaan klanten steevast tevreden naar huis.
Of een andere branche ooit een optie voor me is geweest? Zeker weten van niet, haha. Als kind was ik al gefascineerd door auto’s. Ik had een compleet arsenaal aan speelgoedautootjes en verzamelde op latere leeftijd zelfs schaalmodellen van één op achttien. Voornamelijk van het merk BMW, omdat mijn vader altijd in die auto’s reed. Eén daarvan trok mijn aandacht, een groenkleurige exemplaar, die hij had toen ik op de kleuterschool zat. ‘Later wil ik ook zo’n auto’, riep ik destijds. Daar heb ik me aan gehouden, want op mijn 21e kocht ik er een. Hij is beeldschoon, maar belangrijker: er kleeft nostalgie aan vast.
Dat de mobiliteitsbranche gaat veranderen, staat vast. Maar niet zo zwart-wit als nu wordt beweerd, denk ik. Ik geloof bijvoorbeeld niet dat elektrische auto’s écht de toekomst hebben, heb veel meer vertrouwen in waterstof. Daar zijn ook al eerder succesvolle testen mee gedaan. Tegelijkertijd is waterstof een complex product, zo wordt asfalt door de uitstoot nat – en zit je straks continu met een nat wegdek. Daar moet dus nog goed over worden nagedacht.
Ik ben niet bang dat al die veranderingen impact gaan hebben op mijn werk. Sowieso gaan de dieselauto’s de komende dertig jaar nog wel mee, en in de tussentijd zullen alternatieven als waterstof steeds meer hun intrede doen. Maar de basisvorm, dus de bedrijfsauto, die blijft – ongeacht het type brandstof. Over de toekomst maak ik me dus geen zorgen. We zullen onszelf altijd blijven voortbewegen.”
Bekijk hier de volledige portrettenreeks