Amelie is 10 jaar oud en de dochter van Joris van Meel, die Communicatiemanager is bij Bovemij.
Amelie: “Twee jaar geleden kreeg ik een step voor mijn verjaardag. Hij stond niet eens op mijn verlanglijstje! Maar ik vind het wel leuk om te doen. Mijn broertje heeft een stuntstep, ik heb een racestep. Bijna elke dag gaan we op onze step naar school.”
Joris: “Snoeihard ook, ik moet er snel achteraan fietsen. Maar: ze vallen nooit. Steekt er een tegel uit, dan trekken ze hun step gewoon een stukje omhoog.”
Amelie: “Ja, dan maak ik een soort sprongetje.”
Joris: “Amelie fietst ook veel. Als gezin doen we binnen Nijmegen alles op de fiets, onze auto blijft zoveel mogelijk op de oprit staan. Niet alleen om groene redenen, ook omdat Amelie niet op een sport zit – op deze manier beweegt ze genoeg.”
Amelie: “Ik fiets naar de bibliotheek, zangles, mijn vriendinnen. Ja, ook als het slecht weer is. Laatst fietste ik een lang stuk met mijn moeder toen het keihard begon te regenen. Ik had mijn regenjas niet aan, dus werd kletsnat! Gelukkig kon mijn normale jas in de droger toen we bij onze visite waren aangekomen.”
Joris: “Ik vind het mooi om te zien hoe Amelies mobiliteit toeneemt. Ze wordt ouder, dus haar reikwijdte wordt groter. Het feit dat we in de stad wonen en we alles op de fiets doen, maakt haar heel zelfstandig. Amelie kan goed fietsen, ziet alles in elke ooghoek – ze verwijt míj zelfs wel eens dat ik mijn hand niet uitsteek.
De beste vriendin van Amelie woont in Lent, op een stevig kwartier fietsen van ons huis. Onlangs mocht ze daar voor het eerst zelf naartoe fietsen, samen met die vriendin. Ze moesten de stad door, de Waalbrug over, er zaten best wat spannende stukken tussen. Amelie riep al langer dat ze dat prima alleen kon. Ik geloofde het meteen, alleen waren mijn vrouw en ik er mentaal nog niet klaar voor, haha. Dit hoort er echter bij, je moet je kind durven loslaten. Bovendien heb ik het volste vertrouwen in mijn dochter. En die fietstocht naar Lent? Die ging hartstikke goed.”
Amelie: “Ik had alleen wel een beetje wind tegen.”
Joris: “Hoewel we weinig autorijden, is het wel fijn om er een te hebben. Het geeft pure vrijheid. Laatst gingen mijn vrouw en ik een weekend weg naar Tienhoven (midden-Nederland) en brachten we de kinderen eerst naar opa en oma in Made (West-Brabant) – dat is met het openbaar vervoer simpelweg niet te doen, dan ben je zo vier uur verder. Voor al het overige pakken we grotendeels de trein. Vorig jaar zijn we er zelfs mee naar Zwitserland gegaan. Ik ben nog nooit zo uitgerust aangekomen op een vakantiebestemming – dat is wel anders na twaalf uur autorijden.”
Amelie: “De trein vond ik heel leuk, ik hoefde niet de hele tijd stil te zitten. Mijn broertje en ik renden steeds alle coupés door, haha.”
Joris: “Als ik nadenk over de toekomst, dan denk ik dat de elektrificatie verder toeneemt. Anderzijds ontstaat er misschien wel een soort deelcultuur – zo staat onze auto grotendeels op de oprit, terwijl anderen er ook gebruik van zouden kunnen maken. Ik vind het trouwens een lastige vraag, het blijft een beetje koffiedik kijken. Als communicatiemanager ben ik daarom blij met deze jubileumserie, iedereen kijkt immers weer anders naar mobiliteit. Het is een mooie manier om dit thema in de schijnwerpers te zetten.”
Bekijk hier de volledige portrettenreeks